Het Groenbeleidsplan Staphorst 2019-2030 is een parapluplan voor alle beleid en uitvoering van beleid over groen binnen de gemeente Staphorst. In het plan staat een duidelijke visie over het groen, zodat inwoners weten wat zij van de gemeente mogen verwachten. De gemeente Staphorst formuleert de volgende groenvisie als grondslag en richting voor de toekomst van het openbaar groen:

Groenvisie

Het openbaar groen is een basisvoorziening waarin waarden als gezondheid, welzijn, ontmoeting en klimaatadaptie letterlijk de ruimte krijgen.  Het is een integraal, maar belangrijk onderdeel van de openbare ruimte. Gekozen wordt voor openbaar groen dat:

  • herkenbaar, robuust en duurzaam is,
  • de kenmerken van de verschillende woonkernen en landschapstypen benadrukt,
  • haar inwoners een gezond en plezierig woon-, leef- en werkklimaat biedt,
  • gelegenheid geeft aan activiteiten, zoals sporten, wandelen en fietsen, spelen, bewegen, rusten en ontmoeten,
  • ruimte biedt voor waterberging, klimaatdemping, natuurontwikkeling en natuurbeleving (meer plek voor flora en fauna),
  • logisch aansluit op particuliere eigendommen en andere onderdelen en structuren van de openbare ruimte.

De groenvisie is verder uitgewerkt in basisgroenstructuurkaarten en beleidsrichtingen.

Basisgroenstructuur

Als verbeelding van de groenvisie zijn vier kaarten gemaakt met daarop weergegeven de zogenaamde basisgroenstructuur. Op deze kaarten staan belangrijke groenelementen opgenomen, zoals groene verbindingsstroken, grootschalige groenplekken, bomenrijen, gebruiksfuncties, routes e.d. De basisgroenstructuur is de ruggengraat van het openbaar groen. Zij heeft een duurzaam karakter, verdient extra aandacht bij inrichting en beheer en heeft een beschermde status. De volgende basisgroenstructuur kaarten zijn gemaakt:

  1. Grondgebied gemeente Staphorst.
  2. De woonkernen Staphorst, Punthorst en Slingenberg
  3. De woonkern Rouveen
  4. De woonkern IJhorst

Beleidsrichtingen

In aansluiting op de visie en de basisgroenstructuur worden voor de volgende onderdelen de onderstaande acht beleidsrichtingen voorgesteld:

  1. Het opnemen van de dorpsrandzones en de groenstructuren in het Omgevingsplan en deze verder ontwikkelen in inrichtings- en beheerplannen.
  2. Het verder ontwikkelen, verbeteren en verbinden van ommetjes, fiets- en wandelpaden, inclusief de lange afstandswandelpaden.
  3. Het bieden van visgelegenheid langs watergangen en vijvers (inclusief wedstrijdlocaties), door het op eenvoudige wijze inrichten van de op kaart aangegeven vislocaties.
  4. Het beschermen, verbinden en verder ontwikkelen van de basisgroenstroken en deze inzetten voor allerlei activiteiten en functies.
  5. Het accentueren van de centra en entrees tot woonkernen en woonwijken door het toepassen van hoogwaardig groen.
  6. Het verbreden van de functie van speelplaatsen ten gunste van sporten, bewegen en ontmoeten.
  7. Het verder ontwikkelen van voldoende aantrekkelijke plekken om elkaar te ontmoeten.
  8. Het toepassen van kwantitatief en kwalitatief voldoende wijkgroen ten gunste van een gezond en aangenaam woon-, leef- en werkklimaat. Uitgangspunt hierbij is: uitzicht op groen voor iedereen.